De Franse bakker

De bakker ligt op 2km van de camping waar we met onze caravan staan. Ik trek ’s morgens mijn loopschoenen aan en loop er rustig naar toe.  Het is 2 km heen en 2 km terug, een goeie 4 km dus. Fantastisch. Het lukte me op 10 dagen vakantie om dat 5 keer te doen. Whaauw, formidabel zou Eddy Wally Zaliger zeggen.
Na onze heerlijke vakantie parkeren we de caravan terug thuis in Lille. De bakker ligt op 2 km van ons huis. In de drie jaar tijd dat we hier wonen, ben ik nog nooit ‘s morgens al lopend brood gaan halen. Waarom? Waarom toch?
Is het tijd? Of is het zin? Dat tijdsexcuus heb ik ondertussen al lang opgeborgen. Het is vooral die zin. Of de onzin. Ik zie er thuis het nut niet van in om al lopend brood te gaan halen. Het lijkt te ingewikkeld, tijdsverlies, vervelend, niet haalbaar. En toch is het dat allemaal niet op vakantie. Op vakantie is het zelfs leuk en spannend om de camping te zien wakker worden, de warme weg op te draaien, tot aan de bakker te rennen en in een vreemde taal je brood te bestellen. Op vakantie is het cool om met een stokbrood onder de arm terug te rennen en iedereen te begroeten op de camping bij je aankomst. Je ziet de andere campingbewoners denken: whauw, dat moet wel een heel sportieve madam zijn. Wat een coole griet. Thuis ziet alles er altijd anders uit. Ook de bakker.
Het gras is toch groener op vakantie...


Reacties